Op vrijdag 17 juli was het zover, eindelijk vakantie. s’Ochtends nog even wat prutsen aan de boot en daarna maar eens richting Den Helder. Prachtig weertje en eigenlijk het ideale moment om de oversteek naar Noorwegen te maken. Dus weinig inslingeren maar gelijk door de zee op. En het werd inderdaad een schitterende tocht 48 uur later en 360 mijl op het log lagen we in Skudeneshavn. En wat kan ik zeggen van Noorwegen: het is een prachtig land met mooie fjorden en geweldige baaitjes. Draai je een volgende mooie fjord in dan nog meer leuke baaitjes. Denk je een mooie waterval te fotograferen is er verderop een nog veel mooiere. De foto’s spreken voor zich. Soms lag je met de punt aan een rots, met een ankertje achter, dan weer in een haventje. Een keer dachten we aan een mooring te liggen, bleek het een markering voor de waterleiding te zijn, dus snel maar een ander plekje gezocht.
Het noordelijkst waar we heen wilden was Bergen. Een erg gezellige stad, met veel mogelijkheden om wat te ondernemen. Zo zijn we met het treintje naar Fløien gegaan en vandaar weer terug gewandeld naar beneden. Verder hebben we het zomerhuis van Grieg in Troldhaugen bezocht en daar een lunchconcert bijgewoond.
Ik denk dat het mooiste plekje waar wij gelegen hebben toch wel Sundal was. We kwamen daar aan in de regen, maar gelijk ging het zonnetje schijnen, vandaar de mooie regenbogen. De volgende ochtend werden wij wakker en zoals je op het bordje ziet staan liggen wij daar toch wel als een sea-dream. (Dit sloeg echter niet op onze boot, maar op de opstapplaats voor het cruise-schip (de Seadream) dat wat verderop lag.) Het was een prachtige dag, dus besloten we om naar het meer bij de gletsjer te wandelen. Een wandeling met allemaal mooie doorkijkjes en uiteindelijk de gletsjer van redelijk dichtbij.
Soms was het prachtig weer en soms wat minder. En als je dan ergens aankomt wordt er dus of gebarbecued of nog lekker met je regenbroek aan gesnackt in de kuip.
De laatste week van de vakantie kijk je vooral goed wanneer je de oversteek terug naar Nederland kunt maken en als er dan de ene na de andere depressie langskomt, kun je er beter maar het beste van maken. We hebben daarom enkele dagen tussen de cruise-schepen in Stavanger gelegen en van daaruit de Preikestolen bekeken. Eerst met de boot door het Lysefjord en hem van onderaf bekeken (wat is hij dan klein…). En daarna vanuit Stavanger, met het veer en de bus naar de parkeerplaats onder aan de berg, naar boven gewandeld (nou ja, meer geklommen) en van het prachtige uitzicht genoten.
Donderdag de 14de augustus was er genoeg ruimte tussen de depressies door om terug naar huis te zeilen. Een mooie tocht met als kers op de taart een groep dolfijnen om de boot, die een tijd met ons mee zwommen en gekke capriolen uithaalden. Zaterdag rond de middag na 54 uur konden we de lijntjes in Oude Schild vastknopen. En wat is er dan lekkerder dan een Texelse skuumkoppe met een portie bitterballen.
Foto’s